Sint-Michielsabdij en -bastion, archeologische rijkdom
Ter hoogte van de Sint-Michielskaai bevond zich vroeger een grote abdij en een bastion. De heraanleg van de Scheldekaaien maakt het mogelijk om dit verleden te herontdekken. Stadsarcheologen onderzochten van september 2021 tot en met februari 2022 het terrein van 10.000m² tot op 1,2 meter diep. De opgravingen maakten kloosterkelders en funderingen zichtbaar, een 200-tal begravingen werd teruggevonden, sporen uit de periode voor de bouw van het klooster werden vastgesteld, waaronder een oude vestinggracht met 20 Romeinse munten en een unieke Merovingische munt. Onverwacht troffen ze bovendien de Spijkertoren aan, een deel van de middeleeuwse stadsomwalling. Vanaf maart 2022 start de heraanleg van dit deel van de Scheldekaaien. Een deel van het Sint-Michielsbastion wordt in de heraanleg geïntegreerd.
Resultaten archeologisch onderzoek
Het archeologisch onderzoek van de Sint-Michielsabdij ging van start in september 2021en loopt tot en met maart 2022. In drie opgravingsfases werden verschillende onderdelen van de in de 12de eeuw gestichte abdij terug zichtbaar. Samen met de resultaten uit het onderzoek van 2010 worden de inzichten over het abdijleven verrijkt.
Resultaten in beeld
Situering
Resultaten in de drie zones
- Noordelijke zone: hier stond het oude klooster van de abdij.
- Centrale zone: hier bevond zich het Prinsenhof of de woning van de abt.
- Zuidelijke zone: hier stond een deel van de abdij en het Sint-Michielsbastion
Noordelijke zone
Tijdens de eerste fase groeven de archeologen de noordelijke zone uit. Daar stond het oude klooster van de abdij, waar in de eerste periode ook nonnen hun vertrekken hadden.
- De kelders en kloostergang werden zorgvuldig in kaart gebracht. De kelders waren zeer degelijk gebouwd met grote bakstenen, typisch voor de 13de en 14de eeuw. Ze behoren tot de eerste bouwfase onder abt Gerardus de Lyra (1244-1258). In enkele keldermuren waren nissen uitgespaard voor het plaatsen van verlichting. Dit deel van het klooster sloot aan tegen de middeleeuwse kaaimuur, waarvan ook massieve delen zijn blootgelegd.
- Zeer uitzonderlijk was de vondst van een sceatta, een Merovingische munt, in de kloostertuin. De kleine munt dateert uit de 7de eeuw en is één van de weinige materiële getuigen van het vroegmiddeleeuwse Antwerpen.
De fundamenten van de kloosterkerk en de grote kloostergang ten zuiden ervan werden niet gevonden, alhoewel ze waren verwacht. Het onderzoek wijst uit dat de hoogte waarop de Sint-Michielskerk stond, sterk werd afgetopt tijdens de rechttrekking van de Scheldekaaien op het einde van de 19de eeuw.
Tijdens de opgravingen werden heel wat menselijke skeletten aangetroffen. Zo vonden de archeologen onder de grote pandgang 80 graven terug. Bij het vrijleggen van de skeletten bleek dat de individuen geordend begraven waren, oost-west georiënteerd met het aangezicht naar het oosten. Als voorlopige hypothese wordt aangenomen dat de bijzettingen uit de beginfase van het klooster dateren. Ook op het vroegere kerkhof werden veel graven gevonden, deze waren minder geordend en dateren mogelijk van een ruimere tijdsperiode. Er zijn mannen, vrouwen en kinderen bij. Een fysisch antropoloog begeleidde de opgraving en zal later ook de studie uitvoeren op de talrijke skeletresten.
Centrale zone
Centraal in de opgravingsput werd de middeleeuwse abtswoning of het Prinsenhof onderzocht. Van dit bijzonder gebouw, dat waarschijnlijk ook iets hoger gelegen was, bleef jammer genoeg weinig bewaard. Slechts enkele kelders en delen van de funderingsmuren zijn zichtbaar. Deze waren ook met grote bakstenen gebouwd en dateren uit de eerste grote bouwfase van het klooster in de 13de eeuw. Het vloerniveau was hier bij de rechttrekking van de Scheldekaaien al weggebroken.
In de slotfase van de opgravingen werden enkele kelders van het Prinsenhof nog verder gedocumenteerd. Daarnaast werd extra onderzoek gedaan naar eventuele oude bewoningssporen in de zone tussen de abdij en de Schelde. Deze natuurlijke uitsprong aan de Schelde had ook voor de stichting van de abdij al een aantrekkingskracht als vestigingsplaats. De vondst van een twintigtal Romeinse munten, de al vermelde Merovingische sceatta en de 10de-eeuwse begravingen zijn erg bijzonder. Na de afronding van al het veldwerk wordt de studie van de opgravingsgegevens in het archeologisch atelier verder gezet.
Zuidelijke zone
In de zuidelijke zone werd de strook tussen de abdij en het Sint-Michielsbastion onderzocht. Hier werd een massagraf gevonden, bestaande uit een groep van minstens 18 individuen die samen en zonder enige zorg in een put waren gelegd. Deze vondst is intrigerend, maar onderzoekers hebben nog geen verklaring. Dit massagraf doorsneed oudere begravingen op een zone waar ook al begravingen uit de 10de eeuw werden aangetroffen.
Het meest verrassende resultaat vormen de resten van de middeleeuwse Spijkertoren. De naam Spijkertoren verwijst naar de grote voorraad- of tiendenschuur die hier lag. De term ‘spijker’ is afgeleid van het Latijnse ‘spicarium’ of graanschuur. De Spijkertoren maakte deel uit van de middeleeuwse stadsversterking. Er waren op deze plek rond 1300 twee torens: de in de Schelde vooruitspringende Weverstoren en zuidelijk daarvan de Spijkertoren. De voorraadschuur sloot aan op de toren en de kaai.
Archeologische vaststellingen
- Spijkertoren: de kelder werd gebouwd met grote bakstenen, de bakstenen vloer is gelegd in een visgraatmotief. Ook de keldertrap, de sokkels van het gebinte en resten van het portaal van de toren werden aangetroffen.
- Voorraadschuur: twee rijen bakstenen sokkels en een buitenmuur
Integratie van het bastion
In 2010 kwamen de resten van het Sint-Michielsbastion al aan het licht tijdens een proefsleuvenonderzoek. Dit is één van de laatst gebouwde onderdelen van de Spaanse omwalling. Dat vooronderzoek gaf inzicht in de constructie, de bewaringstoestand en de verbouwingsfase uit de tijd van Napoleon. De monumentale zuidflank in blauwe steen sprong dadelijk in het oog en inspireerde de ontwerpers.
In het toekomstig ontwerp van de kaaien wordt de zuidzijde van het Sint-Michielsbastion over een lengte van 20 meter en een diepte van 3 meter geïntegreerd in de nieuwe kaaien. Vóór het bastion wordt het niveau van de kaaien geleidelijk aan verlaagd en wordt de zone groener met grassen en nieuwe bomen. Op deze manier is er een intieme plek op de kaaien, waar de historische muren worden ervaren en beleefd. Het bastion vormt zo het meest zuidelijke archeologische landmark als herinnering aan de kaaien van weleer.
Waarom dit project?
6,7 kilometer Schedekaaien wordt heraangelegd volgens het Masterplan Scheldekaaien. Dit grote project startte al in 2017 en zal zo’n 15 jaar in beslag nemen. De werken gebeuren gefaseerd en in deelgebieden. Verspreid over verschillende zones zitten er nog belangrijke archeologische resten die meer vertellen over 2000 jaar Scheldekaaien in Antwerpen . Ter hoogte van de Sint-Michielskaai lag ooit een grote abdij en een bastion.
De Sint-Michielskaai heeft een erg rijke geschiedenis. Eeuwenlang stond hier de machtige Sint-Michielsabdij aan de oever van de Schelde, opgericht in 1124. Ten zuiden van de Sint-Michielsabdij werd in het begin van de 17de eeuw het Sint-Michielsbastion opgericht, als meest zuidelijke bastion van de Spaanse omwalling. In het begin van de 19de eeuw werd een deel van de abdij afgebroken en werd een scheepstimmerwerf en een marine-arsenaal aangelegd door Napoleon Bonaparte. De Sint-Michielskaai neemt dus een prominente plaats in op verschillende momenten in de Antwerpse geschiedenis.
Sint-Michielskaai: 4 momenten
Oude bewoningskern
Door de rijke geschiedenis van de Sint-Michielskaai zijn er verschillende archeologische relicten te onderzoeken. Deze plek was al van belang vooraleer er sprake was van de Sint-Michielsabdij. Hier lag immers ook een oude bewoningskern van Antwerpen, op een natuurlijke hoogte aan de Schelde. Tijdens vooronderzoek in 2010 werden skeletten aangetroffen die met behulp van koolstofdatering gedateerd werden in de 10de eeuw. Dit bevestigt het gegeven van de oude bewoningskern, dat mogelijk zelfs teruggaat tot in de Gallo-Romeinse tijd.
Sint-Michielsabdij
Uit historische gegevens is bekend dat de Sint-Michielskerk gebouwd werd vóór het jaar 1096 en daarmee de oudste parochiekerk van Antwerpen is. Van hieruit ontstond de Sint-Michielsabdij, gesticht in 1124 door de Heilige Norbertus. De abdij verwierf al snel eigendommen en speelde een belangrijke rol in het economische leven. Rond 1300 kwam ze binnen de nieuwe omwalling van de toenmalige stad te liggen. De abdij kende haar hoogtepunt in de 14de en 15de eeuw en ontving regelmatig hoge vorsten en heersers. Vanaf de 16de eeuw kreeg de abdij echter financiële problemen. De godsdienstige troebelen van de 16de eeuw en de Spaanse Furie in 1576 zorgen ook voor zware schade aan de abdij. Toch bleef de Sint-Michielsabdij een belangrijke rol spelen tot de ontmanteling in de Franse periode.
Sint-Michielsbastion
Het Sint-Michielsbastion was een van de laatst gebouwde onderdelen van de Spaanse omwalling. Het kwam in de plaats van de middeleeuwse versterking ter hoogte van de huidige Sint-Andrieswijk. Het bastion werd in opdracht van burgemeester Nicolaas Rockox gebouwd naar aanleiding was een aanval door de staatsen (Noordelijke Nederlanden) onder leiding van Maurits van Nassau ten tijde van de Tachtigjarige Oorlog (1565-1648), een strijd in de Nederlanden tussen het Spaanse leger en het Noorden.
Scheepstimmerwerf en marine-arsenaal
Na de afschaffing van de kloosters door het Franse bewind werden de kloosterlingen uit de Sint-Michielsabdij verdreven en de bezittingen van de abdij verkocht. In 1803 beval Napoleon een deel van de abdij af te breken voor de aanleg van een scheepstimmerwerf en een marine-arsenaal. De ligging aan de Schelde was hiervoor immers ideaal. De overgebleven gebouwen werden omgebouwd tot werkhuizen, magazijnen en kantoren. Tijdens archeologisch onderzoek in de nabijheid van de Sint-Michielskaai kwamen al verschillende keren resten van de scheepswerven aan het licht.
Bezoeken
In het weekend van 8 tot en met 10 oktober 2021 vonden de Archeologiedagen plaats en konden de burchtzone en Sint-Michielskaai bezocht worden. Voor de latere opgravingsfasen konden helaas geen bezoekmomenten meer worden georganiseerd omwille van de coronamaatregelen. De site werd wel uitgebreid in beeld gebracht.